De Haagse advocaat Juchter Van Bergen Quast is maandag 3 oktober per direct en voor onbepaalde tijd geschorst door de Raad van Discipline. Deken De Knijff had om deze spoedvoorziening verzocht wegens ‘ernstig gevaar’ voor de belangen van cliënten. De praktijk werd feitelijk gevoerd door juridisch medewerkers, er was van alles mis met opdrachtbevestigingen en de dossiers zelf en er waren tal van toevoegingen verstrekt waarvoor geen werkzaamheden werden verricht.
Een deel van de tientallen zaken die afgelopen zomer onderwerp waren van onderzoek door de deken en de Raad voor Rechtsbijstand, bleek Juchter Van Bergen Quast te hebben verkregen via websites van Sociaal Verhaal, waaronder ontruiming-voorkomen.nl en energie-afgesloten.nl. Sociaal Verhaal is een organisatie van vrijwilligers die zich naar rechtszoekenden in nood toe presenteert als een alternatief voor het Juridisch Loket, in samenwerking met acht advocatenkantoren door het land.
Juchter Van Bergen Quast was de eerste advocaat waarmee Sociaal Verhaal samenwerkte, zegt een woordvoerder. De organisatie verwees volgens hem echter al een tijdje geen cliënten meer naar hem door nadat er meerdere klachten over hem waren ontvangen. Zijn kantoor zelf is telefonisch niet bereikbaar.
Klacht van rechtbankpresident
Een gemankeerde poging van het Haagse advocatenkantoor om begin dit jaar een uithuiszetting in Rotterdam te voorkomen, bracht de zaak aan het rollen. De president van de Rechtbank Rotterdam trok in januari bij de deken aan de bel over het bijbehorende verzoekschrift, dat geen toelichting bevatte en niet door de cliënt was ondertekend. Daarbij was de schuldhulpverlener, de Gemeentelijke Kredietbank Rotterdam, niet bekend met het verzoekschrift. Rond dezelfde tijd legde het hoofd uitvoering van de Raad voor Rechtsbijstand beslag op de tegoeden van de advocaat bij de Raad.
Er bleek vervolgens veel mis met het twintigtal dossiers dat na een kantoorbezoek in mei 2016 werd onderzocht. Opdrachtbevestigingen waren vaag, bleken aangehecht aan verkeerde dossiers of ontbraken in het geheel. Daarbij viel uit de dossiers niet op te maken welke juridische werkzaamheden er waren verricht – als dit al het geval was –, of hoe een zaak was afgelopen. Daarbij bleek een juridisch medewerker, ‘counsel’ mr. H., bijna alle correspondentie te voeren en werkzaamheden te verrichten. Meerdere medewerkers van het kantoor bleken verder toegang te hebben tot de digitale handtekening van de advocaat, met als gevolg onduidelijkheid over wie welke werkzaamheden verricht.
‘Snel en gemakkelijk geld verdienen’
De Raad van Discipline acht het in haar uitspraak overduidelijk dat niet Juchter Van Bergen Quast, de enige ingeschreven advocaat op het kantoor, maar vooral juridisch medewerkers in dienst van het kantoor of andere personen met wie een samenwerkingsverband was aangegaan rechtsbijstand verleenden aan cliënten. Doordat er schriftelijk altijd in de wij-vorm werd gecorrespondeerd, werd ten onrechte gesuggereerd dat er meerdere advocaten werkzaam zijn op het kantoor.
Daarbij waren er diverse Lichte Advies Toevoeging (LAT) aanvragen gedaan voor zaken waarin niet of nauwelijks werkzaamheden zijn verricht. Hiermee heeft de advocaat volgens de raad de schijn gewekt dat hij ‘snel en gemakkelijk geld heeft willen verdienen’. Bovendien ziet hij het kwalijke van zijn handelen niet in en rekent de raad hem zwaar aan dat hij niet verantwoordelijk gehouden wil worden ‘voor het handelen van anderen op zijn kantoor’.
Al met al is de tuchtrechter het met de deken eens dat de belangen van cliënten ‘ernstig gevaar lopen’. ‘Vaststaat dat deze belangen reeds op grote schaal zijn geschaad door het handelen zoals hiervoor vermeld, alsmede door het ontbreken van afdoende informatie voorafgaande en tijdens de zaak, de communicatie over de zaak en het ontbreken van enige nazorg’.