De lokale dekens moeten niet langer worden benoemd door advocaten op wie ze toezicht houden. ‘Een ander gremium binnen de Nederlandse Orde van Advocaten’ zou die rol op zich moeten nemen, na een voordracht door de lokale jaarvergadering. Op die wijze ‘kan er wel lokale binding behouden blijven’, aldus de Algemene Raad in een position paper over de Wet positie en toezicht advocatuur (Wpta).
De evaluatie van de Wpta, die op 1 januari 2015 in werking is getreden, moet eind dit jaar zijn afgerond. Daarom heeft de NOvA dinsdag 23 juli een position paper naar het ministerie van Justitie en Veiligheid gestuurd.
Een ‘verandering in de wijze van benoeming van de deken kan zijn positie jegens de onder toezicht staande advocaten versterken’, aldus de Algemene Raad. Een ‘nader te onderzoeken instantie’ binnen de Nederlandse Orde van Advocaten zou de benoeming van de lokale dekens op zich moeten nemen. Voor de voorgestelde nieuwe benoeming van de lokale dekens is een wetswijziging vereist.
Ook zou er een adequate vervangingsregeling voor dekens moeten komen. ‘Daarnaast is het op grond van het huidig wettelijk kader niet mogelijk dat een deken een vervanger of waarnemer inschakelt voor het uitoefenen van toezicht in zijn arrondissement. De deken kan ook geen dossierinformatie uitwisselen bij gebreke van een wettelijke grondslag en geen taken aan een andere deken overdragen bij eventuele schijn van belangenverstrengeling,’ schrijft de Algemene Raad.
Andere voorstellen in de position paper zien op de ‘versterking van de status’ van het dekenberaad, de ondersteuning van het dekenberaad en de dekens, de financiering van het toezicht en enkele toezichtbevoegdheden.
Klik hier voor het persbericht en link naar de paper