• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst
  • Nieuwsbrief
  • Magazine
  • Contact

Advocatie

Dé nieuwssite voor advocaten, notarissen en juristen

  • Actueel
    • Nieuws
    • Business
    • Tuchtrecht
    • Nieuwe uitdaging
    • Deals
    • Human Interest
    • Opinie en blogs
  • Innovatie & Tech
  • Podcasts
  • De Stand
    • Advocatuur Top 50
    • Notariaat Top 30
  • Vacatures
  • Opleidingen
  • Partners
  • Rechtsgebieden
    • Arbeidsrecht
    • Financieel recht
    • Huurrecht
    • Notariaat
    • Privacyrecht

College Rechten van de Mens: De Clercq discrimineerde op grond van geslacht

14 december 2016 door Advocatie Redactie

De Clercq Advocaten en Notarissen heeft gediscrimineerd op grond van geslacht door een vrouw af te wijzen als advocaat-stagiaire. Tot dat oordeel komt het College voor de Rechten van de Mens in een uitspraak van 2 december jongstleden. Vlak daarvoor kreeg het kantoor ook het deksel op de neus in een ontslagzaak van een advocaat-medewerker.

In de zaak bij het college laat De Clercq per e-mail aan de vrouwelijke sollicitant weten dat de voorkeur uitgaat naar een mannelijke kandidaat, gelet op de ‘te eenzijdige samenstelling van het team, met 12 vrouwelijke juristen slechts 3 mannelijke juristen’. Het gaat om het team arbeidsrecht van het kantoor. Dit leidt tot het oordeel van de commissie dat De Clercq direct onderscheid op grond van geslacht heeft gemaakt, ‘omdat verweerster rechtstreeks heeft verwezen naar het vrouw zijn van verzoekster’.

Er speelt nog een andere kwestie. De sollicitante heeft tijdens het eerste gesprek meegedeeld dat zij getrouwd is met de broer van een advocaat die op 1 oktober 2015 bij De Clercq in dienst is getreden. Er is volgens de sollicitante enige wrijving tussen de advocaat en haar man. Volgens haar hoeft dat echter niet tot problemen te leiden. Haar zwager is het daar kennelijk niet mee eens, want hij vertrekt bij het kantoor kort nadat hem is verteld dat verzoekster (de sollicitante, red.) bij De Clercq heeft gesolliciteerd.

De Clercq voert daarop bij het college aan dat de man-vrouwverhouding van het team arbeidsrecht uitsluitend is aangevoerd om de sollicitante de werkelijke reden van afwijzing te besparen, te weten het vertrek van de zwager. Het college gaat daar niet in mee: ‘Verweerster zegt in de kern twee dingen: de familieproblematiek was de werkelijke reden en het vrouw zijn van verzoekster is alleen als reden genoemd om haar de werkelijke reden te besparen. Het College kan dit betoog niet volgen. In meergenoemde mail van 21 december 2015 van de HR-medewerker wordt immers wel degelijk gerefereerd aan de familieproblematiek, die verzoekster dus niet “bespaard” is als reden. Veeleer is er sprake van twee redenen die naast elkaar staan.’

Daarnaast is het College van oordeel dat ook het gegeven dat De Clercq uiteindelijk een vrouw heeft aangenomen voor de functie, ‘niet bewijst dat verweerster verzoekster niet heeft afgewezen (mede) omdat ze een vrouw is’. Voor zover De Clercq zich zou willen beroepen op uitzonderingen in de Wet Gelijke Behandeling: die vlieger gaat niet op. De WGB alleen een uitzondering op het verbod op onderscheid ten behoeve van vrouwen, aldus het college.

Uitzicht op ander werk
Enkele dagen voor de uitspraak van het College voor de Rechten van de Mens, deed de rechtbank Den Haag uitspraak in een ontslagzaak van een advocaat-medewerker van De Clercq. Ook die zaak – nog niet gepubliceerd op Rechtspraak.nl – pakt niet gunstig uit voor het Leidse kantoor. De advocaat-medewerker kreeg in 2015 een arbeidsconflict met De Clercq en meldde zich ziek, maar wist vrij snel daarop een andere betrekking te vinden. Daarop wil het kantoor het salaris niet meer betalen op basis van een vaststellingsovereenkomst. Daarin is bepaald dat de werkneemster op het moment van ondertekening van de overeenkomst geen andere werkzaamheden mag verrichten, ‘noch een concreet uitzicht daarop (…) hebben’.

De kantonrechter is van oordeel dat dit beding in de vaststellingsovereenkomst in strijd is met lid 9 van artikel 7:628 BW, ‘gelet op de bewoordingen van de overeenkomst en hetgeen partijen daarover ter comparitie hebben verklaard’. Het kantoor moet daarom het achterstallige salaris betalen aan de voormalige werknemer.

Klik hier voor het oordeel van het College voor de Rechten van de Mens

Vorige artikel
Juridische branche Gelderland verenigt zich in Legal Valley
Volgende artikel
Data & Tech team De Brauw stapt over naar Allen & Overy

Categorie: Nieuws

Primaire Sidebar

Zoeken

Topvacatures

Advocaat-medewerker Infrastructure Amsterdam

Hoofd juridische ondersteuning, team Handel Den Haag

Meer vacatures

Best gelezen

  • Legal Women in gesprek met Sigrid Kaag: ‘Er is een betonnen plafond’
  • Leaders in Finance met Marguerite Soeteman-Reijnen, RvB Aon Holdings & RvC NautaDutilh
  • Advocaat, kijk verder dan die ene zaak
  • Kantoor Pels Rijcken Overleden oud-bestuursvoorzitter Pels Rijcken beschuldigd van miljoenenfraude
  • Ferd Grapperhaus Minister: ‘Geen zorg over kwaliteit werk landsadvocaat voor de Staat’

Wagner

Footer

  • Nieuws
  • Business
  • Human Interest
  • Innovatie & Tech
  • Opinie en blogs
  • Tuchtrecht
  • De Gouden Zandlopers 2020
  • Top 50 Advocatuur
  • Top 30 Notariaat
  • Advocatie Magazine
  • Vacatures
  • Partners
  • Twitter
  • Facebook
  • LinkedIn
  • Instagram
  • Youtube
  • Nieuwsbrief
  • Contact
  • Meld nieuws
  • Adverteren
  • Vacature indienen
  • Naar Sdu Webshop

Advocatie is een uitgave van
Sdu
Maanweg 174
2516 AB Den Haag

Powered by Sdu

  • Disclaimer
  • Privacy Statement & Cookieverklaring
SDU

Het laatste nieuws van Advocatie
twee keer per week in je mail
?

Meld je aan voor onze nieuwsbrief:

Aanmelden

×