Vroeger hadden we nog een Ministerie van Justitie. Sinds het is omgekat naar een Ministerie van Volksverlakkerij en Jokken, is men daar vooral bezig met spindoctors, sociale media, het onmogelijk maken van de toegang tot het recht, korte termijn denken, de waan van de dag, de rechtsbescherming affakkelen, officieren van justitie aanzetten tot kakelen over geheimhoudingsgerechtigden en over privacy. Van alles, mits het maar haaks staat op rechtsstatelijkheid en gerechtigheid.
Door Georg van Daal, advocaat te Den Haag
Toen de ministers van justitie nog ministers van justitie waren, plachten dat in ieder geval met het recht doordesemde geleerden te zijn. Gemiddeld gesproken ook corpsballen. Partners van grote of oude advocatenkantoren. Hoogleraren. Los van wat je inhoudelijk zou vinden van een Korthals Altes, een Hirsch Ballin of een Donner, rechtsgeleerd waren ze zeker, en soms ook nog gericht op enige rechtsstatelijkheid.
Sinds het ministerie zich toelegt op volksverlakkerij en jokken, zitten daar nog steeds door en door bekakte corpsballen op de ministersstoel. Kennis van het recht lijkt echter onbelangrijk. De nu zittende corpsbal is maar beroepspoliticus geworden, na een niet tot volle wasdom gekomen carrière in de advocatuur. De traditie van het op dit ministerie benoemen van rechtstatelijk denkende kwaliteitsjuristen was met zijn directe voorganger al doorbroken. Met de laatste benoeming is die nieuwe lijn dapper doorgezet. De minister zal zich zelf vast een heer vinden, maar in de pers wordt hij neergezet als een nep-heer.
Het fotootje van Volkert van de Graaf. Blijkt dat op en rond het bewuste ministerie spindoctors bestaan die zich bezig houden met het manipuleren van het nieuws. Men dacht vooruit rond de voorlopige invrijheidstelling van ’s lands meest gewetenloze moordenaar. Men zette wat kiekjes in scène, alsof hij onverwacht ergens was geknipt, om zo het volk om de tuin te leiden.
Wat mij verbaast, is dat niet iedereen die daarmee te maken had, onmiddellijk met kop en kont van de loonlijst van ons belastingbetalers is afgetrapt richting WW. De ene mevrouw die dan wel vertrekt als ministeriële volksverlakker, wordt vorstelijk voor haar inspanningen beloond met een baantje op de ambassade in Londen. Dat leidt tot het vermoeden dat het draaien, liegen en volksverlakken tot de structuur van dit ministerie is gaan behoren, en dat men de lieden die daar goed in zijn juist in comfortabele overheidsdienst wil behouden.
De baas der volksverlakkers zelf stond in eerste instantie helemaal vooraan om met afgemeten affectie te verklaren dat ze er maximaal één dagje van te voren van wisten bij het OM en zijn eigen ministerie, en er ook hogelijk en onaangenaam door verrast waren. Hij is ondertussen diep door het stof gegaan, om deze leugens achteraf nog een beetje te kaderen. Het was hem wel verteld, maar hij had het niet zo goed begrepen.
Kennelijk is zijn beleid eerst maar eens de rest van de wereld te blameren, zonder gedegen onderzoek vooraf. Gewetenloos is geprobeerd de hete patat op het bordje te schuiven van iedereen behalve zij zelf, terwijl niemand anders dan de betrokkenen op en rond het ministerie zelf deze hele santenkraam had verzonnen.
Daarbij is navrant dat het ministerie, waaronder de rechterlijke macht ressorteert, volkomen maling had aan wat diezelfde rechterlijke macht bij vonnis had gedecreteerd. Nou is de rechterlijke macht voor de top van het Ministerie van Volksverlakkerij en Jokken sowieso niets anders dan een afdelinkje dat gewoon moet doen wat het opperhoofd behaagt. Dus heel verbazend was het ook weer niet dat men de uitspraak van een rechter ongeveer even relevant vond als de laatste reclamefolder voor wasmiddel.
Dan hebben we als recent voorbeeld ook nog de in en in keurige patholoog-anatoom Maat. Ook daarover riep onze ministeriële nep-heer in zijn (eigen)waan de meest onzinnige dingen, die ondertussen allemaal zijn gelogenstraft door de feiten. Kennelijk lijdt hij nauwelijks schade in de eigen kring, want de ook hiervoor beslist nodige excuses hebben we niet mogen horen. De belangen van de door hem genadeloos beschadigde heer Maat zijn de minister duidelijk worst.
Ik zou hier nog uren over door kunnen gaan, over andere schandalen: de puinhoop bij de politie, de bezuinigingen op rechtsbescherming en nog zo wat. Ik beperk mij nu tot de conclusie dat de tijd dat we serieus moesten nemen wat de minister deed, zei en dacht, onherstelbaar achter ons ligt.