
De Raad van Discipline te Amsterdam heeft op 6 oktober uitspraak gedaan in een tuchtzaak tegen een advocaat die werd beklaagd door een cliënt wegens ernstige tekortkomingen in de behandeling van diens zaak tegen woningcorporatie Ymere.
De klacht draaide om de kwaliteit van de dienstverlening en het gebrek aan communicatie en voortvarendheid van de advocaat, die door de cliënt vanaf augustus 2021 werd bijgestaan in een conflict over geluidsoverlast en schimmel in zijn huurwoning.
De cliënt voelde zich door zijn advocaat jarenlang niet serieus genomen. Vanaf het begin van de samenwerking ontbrak het aan basisdocumenten zoals een opdrachtbevestiging of een plan van aanpak. Belangrijke afspraken en correspondentie werden niet schriftelijk vastgelegd. De cliënt bleef daardoor in het ongewisse over de te nemen stappen, zijn juridische positie en de strategie die werd gevolgd. Herhaaldelijke verzoeken van de cliënt om updates, schriftelijke informatie en inzage in het dossier werden genegeerd of nauwelijks beantwoord. In ruim twee jaar tijd werden slechts twee inhoudelijke brieven verzonden aan Ymere, waarvan één zonder duidelijke afstemming met de cliënt zelf. Ondanks de aanhoudende problemen met de verhuurder en de bezorgdheid van de cliënt over zijn juridische positie en gezondheid, ontbrak het aan voortvarend en zorgvuldig optreden door de advocaat.
Misverstanden voorkomen
De Raad van Discipline wees er in haar oordeel op dat van een gemiddeld bekwame en redelijk handelende advocaat verwacht mag worden dat deze gemaakte afspraken en belangrijke informatie schriftelijk vastlegt, zodat misverstanden worden voorkomen. Ook hoort een advocaat met voldoende voortvarendheid en inzet op te treden voor het belang van de cliënt, zeker in zaken waarin doorlooptijd en communicatie essentieel zijn voor de belangen van de cliënt.
Het gerechtvaardigde vertrouwen van de cliënt in zijn advocaat mag niet worden geschaad doordat deze essentiële verantwoordelijkheden laat liggen. In dit geval stelde de Raad vast dat verzoeken om een update of inzage in het dossier vaak onbeantwoord bleven en dat aan het begin van de werkzaamheden fundamentele documenten, zoals een opdrachtbevestiging of duidelijk plan van aanpak, ontbraken. De enkele mededeling van de advocaat dat mondeling afspraken waren gemaakt zonder dat dit schriftelijk werd bevestigd, werd door de Raad verworpen. Volgens de Raad komt het risico van het ontbreken van schriftelijke bevestiging volledig voor rekening van de advocaat.
Zorgvuldigheid, communicatie en toewijding
Verder stelde de Raad vast dat de advocaat de behandeling van de kantoorinterne klacht traag had opgepakt, waardoor de afwikkeling onnodig werd vertraagd. Ook de klachtenfunctionaris bevestigde dat cliënt geregeld herhaalde verzoeken moest doen om überhaupt een reactie te krijgen van de advocaat of het secretariaat van kantoor. Uiteindelijk duurde het meer dan twee jaar voordat er een plan van aanpak werd opgesteld, dat vervolgens niet werd uitgevoerd. Gedurende deze hele periode voelde de cliënt zich onvoldoende gehoord en begrepen, wat zijn vertrouwen in de advocaat verder aantastte.
Gezien deze feiten en omstandigheden concludeerde de Raad dat de advocaat ernstig tekortgeschoten was in zorgvuldigheid, communicatie en toewijding, hetgeen een schending vormt van de normen zoals vereist door de Advocatenwet. Op basis van deze conclusie werd de klacht gegrond verklaard. Als maatregel kreeg de advocaat een schorsing van drie weken opgelegd, die niet tegelijk met andere opgelegde schorsingen mag worden uitgezeten. Bovendien werd de advocaat veroordeeld tot het betalen van het door de cliënt betaalde griffierecht, een deel van de reiskosten en de proceskosten aan de Nederlandse Orde van Advocaten, zoals in de uitspraak gespecificeerd.