Nederlanders hebben weinig vertrouwen in dienstverlenende beroepsgroepen, maar als die met elkaar worden vergeleken, dan komen de notaris en de advocaat er niet slecht vanaf. Dat blijkt uit een onderzoek onder 1200 Nederlanders, uitgevoerd door Marketresponse.
Vooral het imago van bestuurders en leidinggevenden van pensioenfondsen en woningcorporaties is beroerd. Van de ondervraagden geeft 58 procent aan weinig tot geen vertrouwen te hebben in leidinggevenden en bestuurders in die sectoren. Daarna volgen banken (53 procent) en verzekeraars (52 procent). Zorgverzekeraars, advocaten & notarissen en accountants komen er volgens Marketresponse het beste vanaf, waarbij het vertrouwen in de laatstgenoemde beroepsgroep relatief het hoogst is. Een kwart van de Nederlanders geeft aan weinig tot geen vertrouwen in accountants te hebben.
Alle onderzochte beroepsgroepen hebben overigens een negatieve vertrouwensscore. Dit betekent dat er meer Nederlanders zijn die weinig of geen vertrouwen hebben dan Nederlanders die wel alle vertrouwen hebben.
Als belangrijkste redenen voor het gebrek aan vertrouwen geven de ondervraagden aan dat bestuurders en leidinggevenden vooral bezig zijn met persoonlijk gewin. Daarnaast zijn zij niet te spreken over de hoge salarissen en buitensporige bonussen van bestuurders en leidinggevenden. Ook worden risicovolle producten, woekerpolissen en fondsen met ‘foute investeringen’ als reden gegeven voor het tanende vertrouwen.
Uit het onderzoek blijkt verder dat kennis, vaardigheden en ervaring van bestuurders en leidinggevenden in de financiële sector voor de meeste Nederlanders niet ter discussie staan. Mensen zetten met name vraagtekens bij de integriteit, betrouwbaarheid en eerlijkheid en betwijfelen of het klantbelang voorop staat.