De Bossche Raad van Discipline heeft een reeds geschrapte advocaat nogmaals geschrapt van het tableau. De getroebleerde advocaat kwam maart dit jaar opnieuw in aanraking met de politie, en belandde enkele dagen in de cel voor het bezit en onder invloed zijn van cocaïne.
De advocaat – K.; tot en met 2019 kantoorhoudend te Eindhoven – wordt geschrapt vanwege ‘opnieuw een incident in de privé-sfeer’, zo staat in de uitspraak. De advocaat had namelijk al een uitgebreid tuchtrechtelijk verleden, waaraan perikelen in de relationele sfeer ten grondslag lagen. Zo vluchtte K. onder meer met de auto voor de politie, reed in op een wagen van de dienders, had administratief zijn zaken niet op orde en kwam afspraken niet na. In april, na hoger beroep, werd hij onherroepelijk geschrapt door het Hof van Discipline.
In maart, kortom een maand vóór zijn schrapping op basis van eerdere feiten, is de advocaat wederom aangehouden. Ditmaal in Rotterdam. De pleiter was ‘op dat moment onder invloed van verdovende middelen, in het bezit van harddrugs (cocaïne, vermeld op lijst 1 van de Opiumwet) en heeft aan de politie verklaard dagelijks cocaïne te gebruiken’.
Ook maakte hij op de agenten een verwarde indruk, en schreeuwt en zwaait met zijn armen richting hen. Na enkele dagen cel, wordt de advocaat zelfs kort opgenomen in een gesloten inrichting. Op 29 maart, wanneer de pleiter een gesprek heeft met de deken, maakt hij eveneens een verwarde indruk. De deken heeft op dat moment alle aanleiding voor een tête-à-tête, want hij heeft al behoorlijk wat zaken tegen de advocaat lopen bij de tuchtrechter. Bovendien voldoet K. weer niet aan allerlei financiële en administratieve verplichtingen.
Het recente dekenbezwaar acht de Raad van Discipline daarom eveneens gegrond. Het gedrag van de advocaat is, volgens de raad, ‘absoluut ontoelaatbaar’ en daarmee ‘is het vertrouwen in de advocatuur en in zijn eigen beroepsuitoefening geschaad’.
Ook vanwege ‘de volharding van verweerder in zijn gedrag en zijn tuchtrechtelijk verleden’ ziet de raad geen andere uitkomst dan opnieuw een schrapping. Waartegen overigens nog wel een beroep mogelijk is. Verder heeft de advocaat verklaard ‘zijn problemen onder ogen te zien en schoon schip te willen maken’, en ‘onderkent hij dat hij behandeling moet ondergaan, niet alleen voor zijn cocaïnegebruik maar ook voor de overige psychosociale problematiek’.
