Sander Dekker rapporteert voor de vijfde keer aan de Tweede Kamer over de stelselherziening rechtsbijstand. In de brief bespreekt hij onder meer de resultaten van lopende pilots, maar ook de samenwerking met de NOvA bij het uitwerken van de rechtshulppakketten. Opvallend: de Orde stopt hiermee.
Met de herziening van de gesubsidieerde rechtsbijstand wil demissionair minister voor Rechtsbescherming Dekker dat problemen van mensen in een vroeg stadium worden getackeld. Juridische procedures zijn hierbij een laatste redmiddel, zodat deze in aantal afnemen. ‘De stelselvernieuwing bevindt zich inmiddels middenin de pilotfase, die tot eind 2022 loopt. Diverse pilots en experimenten zijn in volle uitvoering en de eerste voorzichtige resultaten tekenen zich af,’ stelt Dekker over de herziening.
De ontslagnemend minister haalt daarbij initiatieven aan als een pilot in de Rotterdamse wijk Hillesluis, maar ook de pilot Samenwerken in de eerste lijn – geïnitieerd door de Nederlandse Orde van Advocaten. Uit dit soort pilots rechtsbijstand blijkt, volgens Dekker, dat intensievere samenwerking tussen hulpverleners en juristen op lokaal niveau ervoor zorgt dat problemen beter en sneller worden opgelost. De rechtzoekende is er kortom bij gebaat dat lokale partijen elkaar beter kennen en weten te vinden. Zo worden juridische problemen namelijk sneller gesignaleerd, kan eerder worden gezocht naar oplossingen en is er een kort lijntje met sociaal advocaten voor complexere zaken.
Meer bestuurszaken op toevoeging?
Het aantal onnodige procedures tussen burger en overheid verminderen is een belangrijke pijler van Dekker’s stelselvernieuwing, en moet leiden tot meer onderling vertrouwen. Overheidsinstanties zijn nu vaak zelf debet aan veel zaken doordat ze regelmatig onnodig procederen tegen burgers. Uit de brief blijkt echter dat er sprake is van een afname in procedures met toevoeging in het bestuursrecht: van circa 64.000 zaken in 2017 naar bijna 52.500 in 2020.
Dekker wijt deze daling in procedures deels aan zijn beleid, maar plaatst ook een kanttekening: ‘De oorzaak achter de afname in toevoegingen in het bestuursrecht kan niet eenduidig worden achterhaald. Een deel van de daling kan worden toegeschreven aan het Corona-effect.’ Verder stelt hij dat de aankomende jaren een stijging weer denkbaar is vanwege de nasleep van de Kindertoeslagenaffaire en ‘de discussie rondom zelfredzaamheid en de overheid die het vertrouwen van burgers moet zien terug te winnen’.
NOvA stopt met rechtshulppakketten
De bestuurder gaat in de brief ook in op de ontwikkeling van rechtshulppakketten: een andere belangrijk onderdeel van de stelselherziening. Een rechtshulppakket behandelt een probleem voor een integrale prijs en kan bestaan uit meerdere interventies zoals advies, onderhandeling, mediation of procederen. Volgens de demissionair minister is begin dit jaar gestart met de ontwikkeling van rechtshulppakketten voor arbeidsongeschiktheid, en zijn de eerste stappen gezet voor de mogelijke uitwerking van rechtshulppakketten voor de eerste asielaanvraag, inclusief hoger beroep en voor bewaring.
Verder hebben, zo stelt Dekker, de afgelopen periode de rechtshulppakketten voor echtscheidingen steeds meer vorm gekregen. ‘De Raad, het Loket, de NOvA, MfN en het platform uitelkaar.nl hebben diverse rechtshulppakketten uitgewerkt, passend bij de verschillende situaties van rechtzoekenden. Per situatie is bezien welke hulp nodig is, welke dienstverleners deze hulp kunnen bieden, welke tijdsbesteding daarmee gemoeid is en aan welke kwaliteitseisen de dienstverleners, die deelnemen aan een rechtshulppakket, zouden moeten voldoen.’
Dekker spreekt in de voortgangsrapportage dus over een vruchtbare samenwerking met de NOvA op het vlak van de rechtshulppakketten. De Orde zelf heeft nochtans bekend gemaakt zijn deelname aan de ontwikkeling van de pakketten op te schorten. De reden hiervoor is dat de NOvA vindt dat Dekker ‘niet bereid is tot betaling van een redelijke vergoeding aan sociaal advocaten in de rechtshulppakketten die deel uitmaken van de stelselherziening’. Kwalitatief goede rechtsbijstand aan rechtzoekenden kan daardoor onvoldoende worden gewaarborgd, stelt de Orde op zijn website.
Meer geld
In de 17 pagina’s tellende Kamerbrief geeft Dekker verder aan dat er maatregelen zijn getroffen om advocaten en mediators die in het huidige stelsel werken te ondersteunen. Zo schrijft hij dat hij voor het rechtsgebied personen- en familierecht, waar de vergoeding van advocaten en mediators het meeste knelt, tot en met 2024 in totaal 28 miljoen euro beschikbaar gesteld.
Ook wordt de jonge aanwas van advocaat-stagiairs van kantoren met een toevoegingspraktijk gestimuleerd, volgens Dekker. Dit gebeurt middels een subsidieregeling – wederom tot stand gekomen in samenwerking met de NOvA – waarmee kantoren de beroepsopleiding van stagiairs kunnen bekostigen. De regeling blijkt aan te slaan en tegemoet te komen ‘aan een grote behoefte onder sociaal advocaten’. Inmiddels zijn 163 aanvragen gehonoreerd, maar ‘de aanwas en de vergrijzing binnen de beroepsgroep’ hebben Dekker’s blijvende aandacht, zegt hij.
Tot slot reageert Dekker op de roep uit de kamer, en aangenomen moties, om structureel meer geld voor de rechtsbijstand en de sociale advocatuur. Volgens de bewindsman kijkt het kabinet naar de opties die er zijn om hieraan gehoor te geven. ‘Dit doen we in de wetenschap dat we er met eventuele extra middelen nog niet zijn, maar dat deze hand in hand gaan met de noodzaak tot vernieuwing van het huidige stelsel. Het is aan het komend kabinet om deze vernieuwing ten behoeve van de rechtzoekende in nauw samenspel met de betrokken partijen en uw Kamer ten volle gestalte te geven,’ voegt hij daaraan toe.
Lees hier de volledige Kamerbrief ‘Vijfde voortgangsrapportage stelselvernieuwing rechtsbijstand’.
Foto: Robin Utrecht / Hollandse Hoogte / ANP